In de vorige nieuws updates vertelden wij u over de PAS-melding legalisatie die het Rijk heeft opgezet. Vorige week maandag vond een webinar plaats waarin meer inzicht werd gegeven op het verdere verloop van het proces. Bij deze praten wij u bij.
Voor wie?
Het legaliseringstraject is enkel bedoeld voor ondernemers die tussen 1 juli 2015 en 29 mei 2019 een PAS-melding hebben ingediend. Heeft u een Natuurvergunning dan geldt dit legaliseringstraject niet voor u, ook niet als deze vergunning onder het PAS is afgegeven.
Degene wie het betreft hebben in de afgelopen maanden zich al aangemeld bij Rvo en hebben daar vervolgens documenten en berekeningen aangeleverd. Dat kon tot 30 april jl. Het is ook niet bedoeld voor legalisatie van projecten die onder het PAS vergunningvrij waren, of voor projecten waarvoor eigenlijk een PAS-melding had moeten worden ingediend, maar waarbij dat -door onwetendheid- niet gebeurd is.
Niet aangemeld en toch meedoen in het legalisatietraject?
Dat kan. De stikstofwet maakt het mogelijk om ook nu nog aan te melden en de benodigde gegevens daarvoor aan te leveren.
Hoe gaat het legalisatietraject verder?
De provincies gaan nu aan de slag met de beoordeling van de aangeleverde documenten en berekeningen. Als daar onduidelijkheden in zitten, of stukken ontbreken, dan zal de provincie een verzoek om aanvullende gegevens doen. Als de stukken compleet zijn en uw project voldoet aan de voorwaarden voor de PAS-meldinglegalisatie zal het adres “in de wachtbak” worden geplaatst in afwachting tot het moment dat er voldoende stikstof is vrijgemaakt om uw pas-melding te legaliseren. Op het moment dat die stikstof beschikbaar is krijgt u een uitnodiging om de vergunningaanvraag in te dienen bij de provincie waarbinnen uw bedrijf gelegen is. De vergunningaanvraag wordt dan in behandeling genomen en als de gevraagde situatie / depositie overeenkomt met de aanmelding kan de vergunning afgegeven worden. Die vergunning zal eerst in ontwerp 6 weken ter inzage gelegd moeten worden, waarna hij definitief gemaakt kan worden.
Stikstof vrijmaken, hoe werkt dat?
Er zal dus stikstof vrijgemaakt moeten worden om de uitbreiding van stikstof(depositie) van uw PAS-melding te compenseren. Dat doet het Rijk door “bronmaatregelen” te treffen. Het Rijk hoopt met het vrijwillig opkopen van veehouderijen, subsidies voor emissiebeperking en bedrijfsomschakeling stikstofruimte vrij te maken. Dat zal de grootste winst opleveren, daarnaast wordt van de industrie en bouw ook verlangd dat ze emissies verder gaan beperken. U zult begrijpen dat dit niet van de een op de andere dag geregeld is en dus is het niet ondenkbaar dat het nog een aantal jaren kan duren. Het Rijk geeft zichzelf 3 jaar na vaststelling van het stikstofprogramma.
In de tussentijd
Zodra uw bedrijf in de wachtbak geplaatst wordt krijgt u een schrijven, van vermoedelijk Rvo, dat u aan de voorwaarden voor legalisatie voldoet en in afwachting bent van stikstofruimte. Het Rijk overlegt op dit moment met de banken om waarde aan die brief toe te kennen. De banken zijn namelijk terughoudend met financieren als het gaat om bedrijven die enkel een PAS-melding hebben. Het doel is dat banken minder terughoudend zijn als bedrijven de betreffende brief hebben gekregen.
Intern salderen
Een (klein) deel van de PAS-melders kan intern salderen. Dat zijn de bedrijven die op de aanwijsdatum van een Natura2000 gebied al een milieutoestemming hadden van de gemeente. Die milieutoestemming bepaald hoeveel stikstof er op dat moment mocht worden uitgestoten. Voor de veehouderij is die datum meestal 10 juni 1994. Is die stikstofuitstoot na die datum niet lager geworden en stoot de PAS-melding net zoveel stikstof uit dan kan er sprake zijn van intern salderen. Voor intern salderen is geen Natuurvergunning nodig en dus zal de provincie dat bevestigen in de brief. U krijgt dan de keus om het traject daar te staken (met instemming van de provincie) of om alsnog een vergunning aan te vragen. Kiest u voor dat laatste dan krijgt u die vergunning niet, u krijgt dan een positieve weigering. Het woord “positief” zorgt ervoor dat u weet dat de provincie de aanvraag getoetst heeft en officieel bevestigd dat u geen vergunning nodig heeft. De provincies willen deze groep PAS-melders als eerste afhandelen, daar is immers geen stikstofruimte voor nodig.
Vergoeding adviseurskosten
Het Rijk moet nauwkeurig kunnen bepalen hoeveel stikstof men moet vrijmaken voor elke PAS-melding. Het uitzoeken van de vergunningenhistorie en het maken van verschillende stikstofberekeningen is iets wat aan de ondernemers zelf gevraagd werd, dat doet het Rijk niet. Dat levert voor ondernemers adviseurskosten op. Het Rijk heeft daarom besloten om per adres ter compensatie een adviseurskostenvergoeding van € 1.600,- te betalen.
Leges vergunning
De meeste provincies berekenen leges voor het afgeven van een Natuurvergunning. Deze leges vergoedt het Rijk niet. De gedachte daarachter is dat andere ondernemers die geen PAS-melding konden doen een vergunning moesten aanvragen en ook leges moesten betalen. De PAS-melding was aanvankelijk bedacht om een snel en voordelig systeem te hebben voor stikstoftoestemmingen. Het systeem bleek in strijd met de Europese Regelgeving. Toenames van stikstof mogen namelijk enkel via vergunningenprocedures geregeld worden.